Friday, November 23, 2007

En toen waren er weer meer

Dingen die je meemaakt die interessant klinken, zijn dat zelden.
Dingen die niet boeiend zijn, daar doen we het voor.
Lastig wel, ook met het oog op eventueel schrijversschap. Daar noemen ze het 'inzoomen op details', maar het blijft hetzelfde idee. Een ingestorte brug, honderden mensjes die schreeuwend de afgrond in storten, dat is niet interessant. Of tenminste, het is geen drama.
Een klein meisje dat niet mee kan doen met de kerstvoorstelling van groep 3, omdat ze bloemen voor op het graf van haar cavia moet gaan plukken, dat is wel drama. Een beetje.

En nu, om mijn standpunt kracht bij te zetten (nog meer kracht? Jaaaaa nog meer kracht)
een voorbeeld. Uit het leven gegrepen. Dum dum dummm...

Ik was woensdag naar de premiere van Midsummernightsdream van de Paardenkathedraal. Gratis. Jaja. Want ik ken mensen op hoge plekken, en die kennen Laura en die speelde mee. Wat mij ook automatisch toegang verleende tot de Premiere Afterparty in Hofman. Chillen met de acteurs enzo. Tot diep in de nacht. Waar vervolgens een stel oude vrienden van de middelbare school het begrip 'besloten bijeenkomst' duidelijk niet kennen.

Feest. Het klinkt wel tof, toch? Een beetje foute jaren 80 homo-muziek omarmen met een deel van de top vd Ne'erlandsche toneelwereld. En Angela Schijf.
Was ook leuk.

Maar op de een of andere manier was een avond in een cafe met twee lieve vrienden, de avond daarna, interessanter. Niet leuker, maar sowieso interessanter. Stof tot nadenken enzo. Jammer dat het andere mensen geen reet interesseert.

Ik begin altijd aan vol verwachting aan hippe dingen, dingen met een naam, dingen die je vol trots en arrogantie aan vrienden, familie en willekeurige voorbijgangers kan vertellen, om vervolgens bescheiden de bewonderende blikken in ontvangst te nemen... en het zijn altijd de kleine dingetjes die het 'm doen. Zowel goed als slecht.
Je kan nog zo'n leuke avond hebben gehad, je kan nog zo met de stemacteur van Timmy's vader in fairly odd parents (jaaaa....) gehangen, als vervolgens je band lek is, vinden we dat allemaal kut. Buitensporig kut.
En schrijflessen van goede docenten vallen in het niet bij een verdiende sigaret in de pauze.

Raar...

ik zie hier een trend beginnen waar ik mijn doelloze mijmeringen noteer, om er vervolgens geen enkele conclusie aan te verbinden. Nu ook weer. Ik heb namelijk geen flauw idee wat dit zegt.

Maar het is wel waar. En dat is ook wat waard.

Sunday, November 18, 2007

Er zijn mensen...

...die iedere dag iets schrijven.
Voor hun weblog dan.
Iedere dag schrijven doe ik ook wel.
Ik zal wel moeten, en als ik niet moet dan loop ik wel achter met m'n boek en moet ik in 1 dag 7500 woorden schrijven. Dus dat doe je dan.
Overigens 36500 woorden nu.
*insert compliments here*

maar nee, ik heb het over weblogs.
Zonder overdreven veel waarde hieraan te hechten, sinds ik de illustere wereld van de blogs ingerold ben, na een gesprek met een later zeer gewaardeerde klasgenoot (toen wel al gewaardeerd, maar nog geen klasgenoot. Niet mij schoppen.), bleek dat mensen veel te vertellen hebben.
Op hun weblog.

Heel, heel veel.
Ik heb al meerdere malen verweten gekregen dat ik teveel post, en dat ik helemaal geen boeiende dingen meemaak, maar ik verschuil mij achter een creatieve manier van schrijven en de charmante eigenschap die we incompetentie noemen. En dan nog... 33 berichten in 4 maanden (of zoiets....), ik vind hetallemaal wel meevallen.

Vooral als je met groeiende verbazing leest hoe Kr4zY-G1rl-14 sinds het begin van 2007 al 345 berichten gepost heeft, waarvan de helft over 30 seconds to mars, en hoe Brum op de Agrarische landbouwschool een 8 heeft gehaald in het vak koeienscheren, en het nodig vond dat met de wereld te delen.

Overigens is één van deze twee een bestaand persoon, waar ik geen woord over gelogen heb =). Welke het is, laat ik aan jullie over. Mijn punt is... mensen besteden heel, heel veel tijd aan het openbaar maken van hun leven. Niet alleen op weblogs. Ruim 4 miljoen mensen hebben een hyves.
4.000.000. Dat is heel veel. Dat is alle mensen waar je ooit in je leven mee zult praten, ervan uitgaande dat je niet één van die smerige sociaal ontwikkelde mensen bent, en dan keer duizend. Allemaal op hyves.
Met foto's, en krabbels, en een filmpje hier en daar.
Ik ben er één van hoor, daar niet van, dus alles wat ik nu zeg is hypocriet en te negeren, doe dat ook vooral. Maar ik vind het raar. Waar komt deze toch wel wat overdreven drang om onszelf aan de wereld te laten zien vandaan? Waarom zou een 14 jarig meisje strippen voor de webcam, trouwens, waarom zou wie dan ook strippen voor de webcam? Belachelijk als je erover nadenkt, maar hee, nu kan ook JIJ een pornoster worden! Wie wil dat nu niet. Niche bekendheid, maar bekendheid none the fucking less.

Ik weet het niet. Blijkbaar zijn we niet tevreden met onze familietjes, en onze vriendengroepjes, en moeten we meer hebben. De internetberoemdheden zijn ondertussen niet meer aan te slepen en hoe meer wij het idee hebben dat ook wij onze sporen op de jaren nul (stomme naam wel) kunnen achterlaten, hoe liever we het willen.

En ik moet zeggen, soms heb ik er ook last van (*kuch weblog schrijven kuch*). Ik heb een drukke dag vandaag, maar Jezus christus wat klinkt het allemaal belabberd alledaags.
Opstaan, schrijven, huiswerk maken, viool oefenen, werken van 2 tot 7, daarna bezoek omdat m'n vader jarig is.
En het is bij lange na niet de saaiste dag die ik heb gehad de afgelopen maanden. Maar het klinkt zo standaard. Ben ik dan zo doorsnee? Zijn er ontelbare anderen net zo creatief, intelligent, grappig en soms zelfs aardig als ik ben? Ik kan het me niet altijd voorstellen. Maar het zal wel.
Doorsnee zijn is niet zo erg =)

Saturday, November 10, 2007

Leven - omdat je wel moet.

Op school krijg ik les van een aantal zeer gewaardeerde en een aantal ietwat minder gewaardeerde leraren. Een van die leraren (uit panische angst dat internet een wereldwijde valstrik is, en mijn toetsenbord automatisch m'n vingerafdrukken neemt, laat ik achterwege in welke groep deze docente valt) heeft mij vorige week op het hart gedrukt:
De vraag Waarom? hoort niet thuis in een tekst.
Schok en paniek. Hulp.
Of tenminste... op z'n minst lichte verwarring.
Haar redenatie was, dat je met waarom een vraag stelt, en dat je juist met je tekst het antwoord op die vraag moet geven. Niet slecht beredeneerd. Het zou bijna ervoor zorgen dat ik het er mee eens ben. Bijna.

Een paar dagen geleden had ik een gesprek met een vriend. Weer over Waarom. Niet zozeer het waarom in teksten, maar het waarom in het algemeen. Het waarom van het leven. Een melodramatische naam voor een ongetwijfeld even melodramatisch iets, maar melodrama heeft ook bestaansrecht en Evanescence verkoopt miljoenen cd's. Deal with it.

Deze vriend zei een aantal dingen die me in alle eerlijkheid nogal verbaasden, en intrigeerden. Niet zozeer omdat het dingen waren die niemand ooit eerder gezegd had, wereldschokkende realisaties die de moderne wereld op haar grondvesten zouden doen schudden. Maar omdat ik dacht dat ik de enige was in mijn vriendengroep die deze dingen dacht.
En inderdaad. Waarom zou je leven als je toch dood gaat? Waarom zou je niet gewoon meteen doodgaan? Leven om te werken is nauwelijks een redeeming quality.
Nu ik mezelf aan de andere kant van een al vaker gevoerd gesprek bevond, kon ik eigenlijk nauwelijks tegenargumenten bedenken. Inderdaad, nut heeft het niet.
Maar wat moet je anders?
Dit is alles wat we hebben, en tegen beter weten in gelukkig zijn is beter dan helemaal niet gelukkig zijn.
En dat is makkelijker gezegd dan gedaan.

Monday, November 5, 2007

Ontleden

Ik heb wel eens een kikker ontleed.
Met een broodmes. Op de camping.
Een kleverig flapje huid weggesneden.
Eerst langzaam, nauwkeurig. De lever verwijderd, de maag weggehaald.
Daarna snel en slordig. Het beest doormidden gesneden. De pootjes eraf getrokken.
Toen ik een paar dagen later de uitgedroogde restanten zag liggen, heb ik ze begraven onder een steen. En ik heb een kruisje getimmerd.

Op school kregen we grammaticales.
Ontleden, leerde ik, is niet alleen kikkers opensnijden.
Ontleden is zinnen in stukjes verdelen. En die stukjes een naam geven.
Ik deed het niet goed. Verwarde onderwerp en persoonsvorm.
Bij de repetitie vulde ik bij iedere grammaticavraag in: Kan ik niet.
Ik had een 1.

Sindsdien heb ik niets meer ontleed.
Soms, als ik een kikker zie in het gras, wil ik het graag.
Maar ik heb nooit een mes bij me.
En één halen doe ik niet.

Friday, November 2, 2007

Hoo jongens het is weer november!

De meeste mensen die mij kennen weten het al, ofwel dankzij doorstuurmailtjes ofwel dankzij mijn gezeik erover: het is weer november. Met andere woorden, het is weer tijd om een boek te schrijven. Met dank aan mijn grote vrienden van NaNoWriMo (wie kan raden waar dat voor staat krijgt een koekje, tenzij hij/zij eerst door heeft gelezen want ik zeg het zo. Dan telt het niet. En is het dus geen koekje waard.) die mij het waanzinnige idee gegeven hebben dat ik nog niet genoeg schrijf, heb ik besloten weer mee te doen. 50.000 woorden of meer, in 30 dagen. Ter vergelijking, het eerste Harry Potter boek had ongeveer 45.000 woorden.

En nu is het 2 november en ondanks mijn steeds voller rakende schoolschema zit ik nu op... *spiekt in word* 2117 woorden. Dus ik moet zo nog even een tijdje doortikken, maar het begin is er. Waar het over gaat is nog niet helemaal duidelijk, maar alle basiselementen voor succes zijn er. Ik heb het bier, de koffie, de sigaretten, de verbitterde schrijvers en zelfs hier en daar een vermorzelde vlinder.
Ik heb er nu al geen zin meer in, maar vorig jaar was het zo'n succes (de ervaring dan, niet het boek) dat ik nu al niet kan wachten tot volgende week, als de personages vorm hebben gekregen en de echte geest van NaNoWriMo (National Novel Writing Month. Ja.) zich laat zien. Schrijven schrijven schrijven dus. Tot die tijd is het bikkelen, ook in combinatie met huiswerk en school en meer van dat soort ongein.

We hebben er zin an!

Thursday, October 25, 2007

Nachtelijke dichtpogingen

Leuk hoe je een hele dag bezig kan zijn met allerlei dingen, zonder uiteindelijk iets constructiefs gedaan te hebben. Niet helemaal het geval, ik heb mijn eerste avondvullende toneelstuk vandaag afgerond, en het daardoor officieel naar de fase van het schaamteloos rondhoereren totdat iemand voor mijn eindeloze smeekbeden valt verbannen. Maar daarnaast? Een paar armzalige dichtpogingen, meer ontstaan vanuit een afkeer om mijn nog altijd grieperige hoofd naar bed te slepen dan vanuit een literaire drang tot het uitspuwen mijner zielenroerselen.

Toch is dat niet perse verkeerd, want dichten (of nee, poezie. Groot verschil) is naar eigen zeggen mijn zwakke kant, en op de een of andere manier lukt het mij niet dat literaire talent waarvan ik ondertussen durf te beweren dat ik het weldegelijk bezit in een goede poezie-vorm te gieten. Dus die zielenroerselen moeten nog even wachten, het is nu: oefenen oefenen oefenen. Metaforen, omschrijvingen, the wholte shabang.

Hier een vlugge eerste opzet tot een gedicht. Het leuke van nachtelijke dichtpogingen is dat je ze kan laten voor wat ze zijn zodra je ze zat bent ^_^

----------------

Verpletterd onder kaartenhuizen
dacht ik
wachtend op het reddingsteam
dat maar niet kwam

Had ik toch deur één moeten kiezen
Zal je altijd zien
Het leven is een spelletje
En wat niet opviel

dichtgetapete scheuren
in het zuurstokroze decor
Ik had beter moeten opletten
niemand gaat door

tot aan die wasmachine
en mijn publiek
is een cassetteband
met een mening.

Hulplijnen opgebruikt
mijn eigen pluche ondergang
maar mensen kinderen
Wat hebben we een pret gehad!

Wednesday, October 24, 2007

Bleh

Ziek zijn is stom.
Met je overvolle snotkop verslagen schrijven in de vakantie is stommer.
Met barstende koppijn in de trein van Antwerpen naar Utrecht horen dat je een omweg via Den Haag, Leiden en Schiphol moet maken om thuis te komen is het stomst.

Het is weer zover, de handschoenen komen weer uit de kast, de chromosomen verlaten onze lucht, en de mussen springen van het dak: het is herfst. En dus is Koen ziek.
Dat dit zich openbaarde tijdens een tweedaagse tocht naar Antwerpen is onfortuinlijk.
Dat ik daardoor chagrijnig was tegen lieve mensen is jammer.
Dat het me niets kon schelen was op dat moment fijn, maar uiteindelijk toch nog jammerder.

en nu ben ik boos op de wereld en op mijn wereld in het bijzonder, heb ik hoofdpijn en moet ik nog meer dan honderd godvergeten klotegedichten beoordelen voordat ik ook compromisloos in bed mag liggen met een goed boek, een kruik, een kop thee, en als ik me goed genoeg voel, een sigaretje want ook dat heb ik natuurlijk niet volgehouden....

Bleh